Elektronenbundellassen (EBW) is niet geschikt voor elke lasopdracht, maar kent net als elk ander lasproces specifieke toepassingsgebieden. Sectoren waar het proces veel wordt toegepast zijn:
- de automobielindustrie (tandwielen, ventielen enzovoort)
- de olie- en gasindustrie
- de halfgeleiderindustrie (roestvrij stalen (rvs) en aluminium koelplaten)
- de lucht- en ruimtevaartindustrie
Het EB-lasproces is geschikt voor alle elektrisch geleidende materialen die ook met de gangbare booglasprocessen (elektrode, MIG/MAG en TIG) te lassen zijn. Ook sommige ongelijksoortige materiaalcombinaties zijn goed te verbinden. Vanwege het vacuüm kunnen zuurstofgevoelige materialen zoals aluminium, koper, rvs, titaan, niobium en tantaal goed gelast worden. In het bijzonder aluminium is zeer goed lasbaar met het proces.
Terwijl bij laserlassen het bezwaar kan zijn dat het oppervlak de straling reflecteert, heeft een elektronenbundel daar geen last van. Ook ontstaat er geen porositeit, een onvolkomenheid die vaak optreedt bij het lassen van aluminium met conventionele lasprocessen.
Bij het elektronenbundellassen komt weinig warmte in het basismateriaal direct naast de las, waardoor er een zeer smalle warmte-beïnvloede zone (WBZ) ontstaat. Dit draagt bij aan het behoud van materiaaleigenschappen. Ook ontstaat er relatief weinig krimp en vervorming na het lassen. Nabewerken van producten is niet nodig. Ook is het mogelijk om een cosmetische las toe te passen, waarmee eventueel oneffenheden aan het lasoppervlak kunnen worden weggewerkt. Het lasproces is goed reproduceerbaar door de hoge mate van automatisering.
Diepe, smalle lassen
Met elektronenbundellassen kunnen zeer diepe (tot wel 30 mm) en smalle lasnaden worden verkregen, en heeft ook nog vele andere voordelen:
- werken in een vacuüm betekent dat er nauwelijks tot geen verontreinigingen zijn in het lasbad, hetgeen vooral van voordeel is bij het lassen van materialen die gevoelig zijn voor porositeit, zoals titaan, aluminium en koper
- Bij het elektronenbundellassen komt weinig warmte in het basismateriaal direct naast de las, waardoor er een zeer smalle warmte-beïnvloede zone (WBZ) ontstaat. Dit draagt bij aan het behoud van materiaaleigenschappen. Ook ontstaat er relatief weinig krimp en vervorming na het lassen.
- Nabewerken van producten die EB gelast zijn, is niet nodig
- Het is mogelijk om een cosmetische las toe te passen, waarmee eventueel oneffenheden aan het lasoppervlak kunnen worden weggewerkt.
De hoge mate van automatisering dat komt kijken bij elektronenbundellassen, garandeert dat het lasproces goed reproduceerbaar is.